Ga naar overzicht

Berekening transitievergoeding: onverkorte toepassing wettelijke referteperiode tijdens ziekte

21-08-2024 12:35
Berekening transitievergoeding: onverkorte toepassing wettelijke referteperiode tijdens ziekte

Bij het berekenen van de transitievergoeding wordt gerekend met vaste looncomponenten (oa. bruto maandsalaris, vakantietoeslag) en variabele looncomponenten (oa. bonus, eindejaarsuitkering). Zie hiervoor ook onze checklist Berekening Transitievergoeding.

De hoogte van variabele looncomponenten wordt berekend op basis de wettelijke referteperiode. Deze referteperiode betreft het gemiddelde van de per maand betaalde bedragen in de 3 jaar voorafgaand aan het jaar dat de arbeidsovereenkomst eindigt.

Waar ging het in deze zaak over?
Een directeur bij een food en service organisatie ontving naast zijn vaste loon ook variabele beloningen (bonus, pensioencompensatie en aandelenopties). Na 104 weken arbeidsongeschiktheid wordt hij ontslagen en ontvangt hij een transitievergoeding ter hoogte van € 200k bruto. Als referteperiode is de werkgever uitgegaan van de 3 kalenderjaren voorafgaand aan het jaar dat zijn arbeidsovereenkomst eindigde. De directeur stelt dat de transitievergoeding ruim € 290k meer dient te zijn, omdat de gemiddelde variabele beloning niet juist is berekend. Hij stelt dat zijn ziekteperiode niet behoort mee te tellen. Daarnaast stelt hij dat de referteperiode niet representatief is vanwege de coronapandemie.

De rechtbank oordeelt dat de werkgever de juiste referteperiode had gehanteerd. Het hof Amsterdam bevestigt dit en verwijst naar het ‘Tipco-arrest’ van de Hoge Raad uit 2019. De Hoge Raad bepaalt hierin dat een rechter alleen kan afwijken van de wettelijke referteperiode als de toepassing daarvan naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is. Het Hof oordeelt dat het feit dat de directeur in één van de refertejaren wegens ziekte en/of de pandemie geen bonus heeft ontvangen – in de andere twee jaren bedroeg zijn bonus respectievelijk € 343.558 en € 519.283 – niet is aan te merken als onaanvaardbaar. Ook in die situatie kan worden uitgegaan van de wettelijke referteperiode. Verder bevestigt het hof tevens het oordeel van de rechtbank dat de pensioencompensatie, en de waarde van de aandelen en opties buiten beschouwing blijven bij het berekening van de transitievergoeding.

Vragen over het berekenen van de transitievergoeding? Neem dan gerust contact met ons op!